Previous Page  9 / 76 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 9 / 76 Next Page
Page Background

9

gewonnen. Zeker als je die ouders ook nog

eens fysiek op afstand zet. Voor de clubs

lijken deze regels me ook prettig, want die

vinden het vaak best lastig om ouders op

hun gedrag aan te spreken.”

Volgens Hutter is het voor kinderen

bovendien veel prettiger als volwassenen

zich minder met hun spel bemoeien.

“Zij krijgen in een positievere sfeer

meer zelfvertrouwen, hebben minder

faalangst, tonen meer inzet. Dat is wat

al die ouders die graag willen dat hun

kind de top bereikt vaak niet beseffen:

door te schreeuwen, bereik je het

tegenovergestelde.”

POSITIEVE RESULTATEN

De Fair Play Competitie is gebaseerd

op een concept dat in Duitsland bij de

jongste spelers al is ingevoerd en de

afgelopen jaren in het district Zuid II

(Limburg en een plukje Noord-Brabant)

op kleine schaal is uitgeprobeerd. Het

leverde positieve resultaten op: negentig

procent van de trainers uit de pilot gaf de

voorkeur aan het Fair Play concept boven

het traditionele voetbal voor de F-jeugd.

Nog veel belangrijker: Het spelplezier van

de kinderen nam enorm toe; ze bleken

zich vrijer te voelen op het veld omdat zij

minder met hun ouders bezig zijn.

Als het aan de KNVB ligt wordt de Fair

Play Competitie de komende jaren dan

ook stap voor stap in heel Nederland

ingevoerd bij zowel de F- als de E-pupillen.

BIJEENKOMST MET VOETBALOUDERS:

Om te voorkomen dat je dit ‘team van ouders’ moet coachen, organiseer je aan het begin van het seizoen een bijeenkomst.

1. Vertel wat jij doet. Wat leren de kinderen op de training, hoe gaat het met de wedstrijden, posities en wisselbeleid en wat is jouw stijl,

jouw wijze van het benaderen van spelers;

2. Maak praktische afspraken voor ‘buiten de lijnen’ over wedstrijden en trainingen, voor- en nabespreking, te laat komen en afmelden,

uit en thuis spelen, vervoer, douchen, kleding;

3. Bespreek ook de omgangsregels ‘binnen en buiten de lijnen’. Leg uit wanneer en hoe je beloont en bestraft: niet afmelden of niet trainen

zonder opgave van redenen is volgende keer wissel staan;

4. Betrek ouders bij randzaken, leg uit wat zij kunnen doen. Rijden naar uitwedstrijden, voetbalkleding wassen, drinken halen in de rust,

een verslag en foto’s van de wedstrijd maken;

5. Leg uit welk gedrag je van hen verlangt. Je bent blij met ouders die hun kind stimuleren om naar training en wedstrijd te gaan en die

zelf ook regelmatig de wedstrijden bijwonen. Ouders die niet alleen hun eigen kind maar het hele team positief aanmoedigen,

complimenteren en troosten;

6. Vertel welk gedrag langs de lijn je niet wilt en waarom niet. Bemoeien met de opstelling (de coach is de baas), instructies geven

(kinderen weten niet naar wie ze moeten luisteren), het veld oplopen om een veter te strikken (verstoort de wedstrijd) of het eigen kind

straffen als het een fout maakt;

7. Geef de ouders een beetje aandacht. Maak een praatje met ze, organiseer tien-minuten gesprekjes waarin je vertelt hoe het met hun kind

gaat en vraag om feedback en bijzonderheden;

8. Betrek de ouders erbij. Vertel ze waarom je vandaag enkele aanvallers en verdedigers van positie laat wisselen zodat ze meer begrip krijgen

voor je rol. Vraag de grootste criticaster alle goede acties te noteren die spelers op hun nieuwe plek gemaakt hebben;

9. Escaleert het helaas toch nog? Spreek een ouder die buiten zijn boekje gaat slechts kort aan tijdens de wedstrijd. Geen ruzie of discussie

langs de lijn! Geef een korte, non-verbale reactie of vraag na de wedstrijd even verder te spreken;

10. Ouders van de tegenpartij zijn de verantwoordelijkheid van de coach van de tegenpartij. Vraag hem zo nodig op te treden.

Bron:

www.voetbal.nl

OMGAAN MET

VOETBALOUDERS:

Een coach krijgt de ouders er gratis bij.

Er zijn verschillende stereotypen ouders:

• De ‘superouder’ is tevreden en

altijd bereid om mee te helpen.

• De ‘overactieve ouder’ is te veel

betrokken en beïnvloedt spelers

en scheidsrechter.

• De ‘voetbalouder’ heeft zelf

gevoetbald en bemoeit zich met

de coaching.

• De ‘prestatie-ouder’ wil dat zijn

kind de beste is.

• De ‘asociale ouder’ leeft zich niet

in andermans kinderen in.

• De ‘passieve ouder’ corrigeert

het eigen kind niet.

• De ‘afwezige ouder’ komt

nooit kijken.

Alb. Agnesstraat 35

3314 LA Dordrecht

Tel. 078-613 61 81

Vriesestraat 17-21

3311 NN Dordrecht

Tel. 078-767 60 01

www.sportcentrum-dordrecht.nl